STRATEGIE EN BELEID

Spreiding en beschikbaarheid

De RAV geeft in overleg met de zorgverzekeraars in de regio uitvoering aan het referentiekader spreiding en beschikbaarheid voor wat betreft de spreiding van standplaatsen en de beschikbaarheid van ambulances. Het uitgangspunt bij spreiding is dat in een normale, statische situatie minimaal 97% van de inwoners binnen 15 minuten bereikbaar is. Uitgangspunt bij beschikbaarheid is dat er in 95% van de spoedeisende ritten een ambulance tijdig voor inzet beschikbaar is. De locaties van de standplaatsen van de RAV Brabant MWN zijn in eerste instantie gebaseerd op het referentiekader spreiding en beschikbaarheid. Bij een paar standplaatsen wijken de locaties af van de postcodes uit het referentiekader. In die gevallen is de nieuwe, beoogde locatie op dekkingsgraad doorgerekend door het RIVM, om te bevestigen dat aan de 97% spreidingsnorm voldaan wordt. Daarna is het voorstel voor de nieuwe locatie goed beargumenteerd ter accordering voorgelegd aan de zorgverzekeraars. Op initiatief van de RAV zijn enkele stationeringsposten extra toegevoegd voor een betere dekking van het werkgebied. Ook dit is gebeurd in overleg en met goedkeuring van de zorgverzekeraars. Klik hier voor het overzicht van ons werkgebied.


De RAV streeft ernaar het totaal aantal parate uren te leveren zoals voorgeschreven in het meest actuele referentiekader Spreiding en Beschikbaarheid. De invulling per soort dag en tijdblok wijkt af van het referentiekader als dat nodig is om de beschikbaarheid te optimaliseren. Helaas is het voor de RAV de laatste jaren een uitdaging gebleken om te kunnen beschikken over voldoende personeelscapaciteit om het referentiekader spreiding en beschikbaarheid uit te voeren. Dit is te wijten aan het forse personeelstekort in de acute zorg, een bekend landelijk probleem waarmee veel RAV’s en ziekenhuizen momenteel worstelen. Met een achterblijvende paraatheid kan niet worden voldaan worden aan de vereiste 95% dekkingsgraad. De aanhoudende productiestijging van de afgelopen jaren voert de druk op de beschikbaarheid nog verder op. Alle mogelijkheden om het personeelstekort te bestrijden worden door ons aangegrepen, zoals te lezen is in dit meerjarenbeleidsplan.

Zorgdifferentiatie

In de toekomstvisie van de RAV Brabant Midden-West-Noord staat de patiënt en zijn zorgvraag centraal. Die zorgvraag denken wij het best te kunnen beantwoorden in de vorm van zorgdifferentiatie: verschillende niveaus van zorg voor verschillende zorgvragen. De zorgdifferentiatie binnen de RAV Brabant MWN zal in de komende drie jaar gestalte krijgen, gecontroleerd en onder voorwaarden. Er worden inzetcriteria vastgesteld die bepalen welk niveau van zorg onder welke omstandigheden geldt als verantwoorde ambulancezorg. De RAV waakt ervoor dat deze zorgdifferentiatie niet ten koste gaat van de inzetbaarheid van materieel en personeel dat nodig is om verantwoorde ambulancezorg te leveren in reguliere en opgeschaalde omstandigheden.

Overleg met ketenpartners

De RAV neemt deel aan het strategisch en tactisch ROAZ (Regionaal Overleg Acute Zorg) en voert de adviezen van het ROAZ inzake het oplossen van knelpunten in de acute zorg uit, voor zover dit past binnen de (financiële) mogelijkheden en verantwoordelijkheden. Bij het verwezenlijken van de toekomstvisie van de RAV zal de samenwerking met alle partners in de acute zorgketen steeds belangrijker worden. Het ROAZ vervult hierin een belangrijke regierol.


Ziekenhuizen

Op operationeel niveau vindt viermaal per jaar overleg plaats tussen de teammanagers van de RAV en de teammanagers van de SEH van het ziekenhuis in het betreffende werkgebied. Vaste onderwerpen van dit overleg zijn de beschikbare opnamecapaciteit en de overdracht van patiënten. Afspraken met ziekenhuizen in de opgeschaalde situatie zijn vastgelegd in een gewondenspreidingsplan.


Huisartsenposten

Met de huisartsenposten in het werkgebied zijn convenanten gesloten, waarin onder andere de afspraken rondom inzet en beschikbaarheid tijdens ANW-uren zijn vastgelegd. Verder is er regelmatig overleg over knelpunten en bestaat er een samenwerking in de vorm van onze verpleegkundig specialisten die gedetacheerd zijn bij diverse huisartsenposten. Door op deze manier wederzijdse ondersteuning te bieden én samenwerking en communicatie te bevorderen wordt de basis gelegd voor mogelijke toekomstige ontwikkelingen zoals de zorgmeldkamer.


Grensoverschrijdende assistentie

De RAV conformeert zich aan de samenwerkingsafspraken die zijn vastgelegd in het Beleidsdocument Dynamisch Ambulancemanagement, en volgt de hierin vastgelegde procedures. Daarnaast zijn er samenwerkingsafspraken over het verlenen van grensoverschrijdende bijstand in geval van crises en ongevallen. Met alle aangrenzende RAV’s zijn convenanten afgesloten over de opengrensbenadering en de onderlinge assistentie. Per kwartaal wordt over en weer informatie verstrekt over de verleende interregionale assistentie en indien nodig worden knelpunten gezamenlijk besproken en aangepakt. Voor wat betreft de grensoverschrijdende hulpverlening tussen de RAV Midden- en West-Brabant en België worden de uitgangspunten gehanteerd die zijn opgenomen in de Beschikking van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer (2009). De uitgangspunten zijn uitgewerkt in werkafspraken en opgenomen in het kwaliteitshandboek.


Directeur Publieke Gezondheid

De directeur publieke gezondheid (DPG) geeft leiding aan zowel GGD als GHOR en realiseert hiermee integrale sturing op de reguliere en opgeschaalde publieke gezondheid. Ten tijde van rampen en gezondheidscrises is daardoor sprake van een eenduidig bestuurlijk aanspreekpunt en operationeel adviseur. Door de koppeling van functies is het bevoegd gezag verzekerd van integrale advisering namens de witte kolom. In het geval van de RAV Brabant MWN wordt de functie van DPG vervuld door de twee directeuren van respectievelijk GGD Hart voor Brabant en GROGZ West-Brabant, die ook lid zijn van de directieraad van de RAV Brabant MWN. Op deze manier is de relatie met de openbare gezondheidszorg geborgd. In de DVO tussen RAV en GHOR zijn afspraken vastgelegd over de mogelijke dienstverlening voor speciale evenementen. In beide RAV-regio’s is sprake van een bovenregionale MKA. In Bergen op Zoom wordt de MKA van de regio Midden- en West-Brabant en Zeeland gehuisvest, in ‘s-Hertogenbosch de MKA van de RAV Brabant-Noord en Zuidoost Brabant. De teammanager van de MKA vormt het aanspreekpunt via wie de DPG contact kan opnemen met de betreffende manager RAV of de directeur.


GHOR

De RAV Brabant MWN heeft schriftelijke afspraken met de DPG over multidisciplinair oefenen, inzet bij evenementen en de voorbereiding op inzet bij ramp of crisis, vastgelegd in een DVO met de GHOR. Deze DVO bevat onder andere de procedures bij ramp of crisis, afspraken rondom personeel, ruimte, materieel, training/oefening en samenwerking met ketenpartners. Er is een ambulancebijstandsplan, actueel regionaal gewondenspreidingsplan en slachtoffervolgsysteem. De afspraken uit de DVO zijn ook opgenomen in het kwaliteitshandboek van de RAV.


Veiligheidsregio

Afspraken omtrent de bestuurlijke en operationele samenwerking in de meldkamer worden in de loop van het traject van LMO/LMS omschreven en vastgesteld. Dit traject is echter diverse malen van koers veranderd en liep vertraging op vanwege technische oorzaken. Momenteel doet de RAV Brabant MWN onderzoek naar de continuïteit van de meldkamers met behulp van de BCM-methodiek (Business Continuïty Management). In 2020 zijn alle restrisico’s met betrekking tot de meldkamers in kaart gebracht.